Om een prettige en veilige reis voor iedereen zo goed mogelijk te borgen hanteren wij de volgende huisregels in onze bussen:

• Een geldig vervoerbewijs is verplicht.
• Roken in de bus is verboden.
• Eten en drinken in de bus is niet toegestaan.
• Voeten mogen niet op een stoel.
• Houd de bus schoon en netjes.
• Geluidsoverlast is niet toegestaan. Houd rekening met medepassagiers wanneer u muziek luistert of een (telefoon)gesprek voert.*
• Het dragen van skates en staan op boards is niet toegestaan.
• Plaats bagage zoveel mogelijk in de bagagerekken boven de stoelen. Houd de gangpaden zoveel mogelijk vrij.*
• Huisdieren mogen gratis mee, mits ze vast zitten (kooi of lijn) en geen overlast veroorzaken.*
• Het meenemen van een vouwfiets is toegestaan. Hier zijn geen kosten aan verbonden. De gordel van de rolstoelplek moet gebruikt worden om de vouwfiets vast te zetten. Uiteraard hebben rolstoelen voorrang. Als de gordel niet beschikbaar is, is het de primaire verantwoordelijkheid van de passagier om de fiets veilig te vervoeren, zonder andere passagiers te hinderen. Of het gezien de omstandigheden veilig gebeurd/kan gebeuren is uiteindelijk aan de chauffeur om te beoordelen. NB: het meenemen van gewone fietsen in de bus is niet toegestaan.
• Kinderwagens en Buggy’s mogen mee in de bus. Tijdens de rit dient bij voorkeur de buggy ingeklapt te zijn en het kind op schoot te worden genomen. Uitgeklapte kinderwagens moeten op de daarvoor bestemde plek gestald worden. Als daar geen ruimte is, moet de kinderwagen ingeklapt worden.
• Onze bussen zijn voorzien van cameratoezicht. De chauffeur heeft geen toegang tot deze beelden.
• In onze bussen kan niet met contact geld betaald worden. U kunt gebruik maken van uw OV-chipkaart of betalen met een bankpas of (internationale) creditcard.
• Steek bij de halte uw hand op zodra uw bus nadert. Hiermee geeft u aan dat u met de bus mee wilt. Vooral van belang bij haltes met meer lijnen.

*) In alle gevallen is de EBS-medewerker ter plaatste (in de meeste gevallen de chauffeur) degene die ter plekke besluit of er sprake is van overlast. Dit besluit dienen alle betrokkenen te respecteren.